Bij turnen is lenigheid, kracht en conditie belangrijk. Kracht en conditie zijn nodig om een wedstrijd uit te houden. Lenigheid spreekt voor zich. Ook moet je bij turnen snelheid omzetten in kracht om omhoog te gaan. Bijvoorbeeld bij de pegasus.
Bij turnwedstrijden hebben we vier toestellen waarop we turnen: de brug met ongelijke liggers, sprong (pegasus), vloer en de evenwichtsbalk.
Bij turnen dragen wij een mooi turnpakje. Dit kan het verenigingspakje zijn, zodat iedereen van jouw vereniging er hetzelfde uitziet. Het kan ook een pakje zijn dat je hebt gekocht bij een speciale winkel. Tijdens een training dragen veel vrouwen en meisjes een kort broekje over hun pakje, maar dit mag niet tijdens de wedstrijd aan.
Recreanten zijn mensen die gewoon voor de lol turnen, en de selectie is een groep hele goede turners en turnsters. De selectie heeft ook verschillende moeilijkheidsgraden. In de selectiegroep moet je ook meedoen met wedstrijden.
De selectie heeft verschillende lijnen de a-lijn(het moeilijkste), b-lijn (gemakkelijker), c-lijn (het makkelijkst) d-lijn(recreanten).
De niveau's gaan als volgt: niveau 16 is het laagste niveau, niveau 15 daarna tot en met niveau 12. Na niveau 12 krijg je niveau H, daarna niveau G tot en met niveau A. Als je niveau A doet dan doe je echt aan topturnen!

Maak jouw eigen website met JouwWeb